Als de keurmeester is opgeleid en aangewezen dan zal men op enig moment starten met het keuren
Als startpunt kan de keurmeester beginnen met een overzichtslijst waarin alle aanwezige elektrische arbeidsmiddelen worden vastgelegd.
Een handig hulpmiddel kan zijn een tabel waarin per arbeidsmiddel de volgende kenmerken worden vastgelegd:
- Soort arbeidsmiddel;
- Merk;
- Type;
- Serienummer
- Locatie;
- Afdeling.
Belangrijk is om een keuze te maken welke arbeidsmiddelen wel en welke arbeidsmiddelen niet zelf gekeurd worden.
Voorbeelden van arbeidsmiddelen welke door de keurmeester gekeurd kunnen worden zijn:
- Alle gangbare 230V elektrische arbeidsmiddelen zoals: boormachine, slijpmachine, looplamp, etc.;
- Alle gangbare 380V machines zoals: draaibank, freesbank, cirkelzaag, etc.
Belangrijke stelregel is dat de keurmeester zijn of haar eigen “kracht” kent. Indien een arbeidsmiddel onbekend is, dient de kennis eigen gemaakt te worden of de keuring te worden uitbesteed aan keurmeesters welke over de noodzakelijke kennis en kunde beschikken.
Verantwoordelijkheid voor de keuringsadministratie
Het is belangrijk dat één persoon verantwoordelijk wordt gesteld voor het managementsysteem met betrekking tot het uitvoeren van de keuringen. Dit kan een KAM-manager (KAM = Kwaliteit, Arbo en Milieu), Arbo-coördinator, preventiemedewerker, hoofd materieelbeheer of de keurmeester zelf zijn. Deze verantwoordelijkheid en de bijbehorende taken en bevoegdheden dienen vastgelegd te zijn in een functieomschrijving.
Inkoop van nieuwe arbeidsmiddelen
Moeten nieuwe arbeidsmiddelen gekeurd worden? Bij nieuw ingekochte arbeidsmiddelen spreekt artikel 7.2. van het Arbobesluit over het vermoeden van overeenstemming. Arbeidsmiddelen welke voorzien van een CE-markering worden vermoed te voldoen aan een reeks van artikelen uit het Arbobesluit hoofdstuk 7. Daaruit is te interpreteren dat nieuwe arbeidsmiddelen niet gekeurd hoeven te worden. Vanzelfsprekend dienen nieuwe arbeidsmiddelen van een identificatienummer te worden voorzien en opgenomen te worden in het keuringssysteem.
De praktijk wijst uit dat wettelijk gezien een keuring van nieuwe arbeidsmiddelen niet noodzakelijk is, maar dat ook bij de fabrikant wel eens fouten worden gemaakt en dat men bijvoorbeeld een las is vergeten aan te brengen. Keuring kan dan vervelende gevolgen voorkomen en blijkt dan een nuttig hulpmiddel te zijn.
Bewijs van uitgevoerde keuring / keuringsstatus
Vanuit het Arbobesluit wordt in artikel 7.4.a lid 6 gesproken van het feit dat een bewijs van uitgevoerde keuring op de arbeidsplaats aanwezig dient te zijn. De aanwezigheid van een keuringsrapport van bijvoorbeeld een boormachine op een bouwplaats brengt veel praktische bezwaren met zich mee. Een keuringssticker waarop de uiterste herkeuringsdatum is aangegeven biedt eveneens een schriftelijk bewijs. Een keuringsrapport al dan niet in elektronische vorm kan dan het formele bewijs vormen dat het arbeidsmiddel is gekeurd. Belangrijk is om keuringsstickers, ook wel vervaldatumstickers genoemd, op een plaats te plakken waar het zo mogelijk is beschermd tegen “schuren” en dus het onleesbaar worden van de sticker.
Over de tekst op keuringsstickers bestaan veel onduidelijkheden. Deze dient tenminste de datum van de eerstvolgende keuring te bevatten (VCA 2008). De datum van de keuring mag vermeld zijn, maar dit is niet noodzakelijk.
Ook kunnen kleurcodes met tape of verf worden aangebracht. Alle goedgekeurde arbeidsmiddelen worden in een bepaald jaar van bijvoorbeeld de kleur rood voorzien. Het daaropvolgende jaar wordt na keuring een andere kleur gekozen. Het is daarmee, mits voldoende voorlichting plaatsgevonden heeft over de “kleur per jaar”, te allen tijde duidelijk welke arbeidsmiddelen gebruikt mogen worden.
Archiveren van de keuringsresultaten
Keuringschecklijsten kunnen vanzelfsprekend op papier maar mogen ook in digitale vorm gearchiveerd worden. In principe hoeven checklijsten uitgaande van een jaarlijkse keuring maar 1 jaar bewaard te worden. Na afloop wordt de keuringslijst vervangen door de nieuwe keuringschecklist. Aangeraden wordt dat wanneer tijdens de keuring sabotage van beveiligingen worden aangetroffen (b.v. het vastzetten van een tweehandsbediening d.m.v. een tie-rap) hiervan een opmerking te maken op de checklist. Vanzelfsprekend wordt het arbeidsmiddel pas goedgekeurd nadat de sabotage ongedaan is gemaakt. De gebruiker en naar mijn mening ook de leidinggevende dient van de sabotage op de hoogte te worden gesteld. Voor checklists van dergelijke gesaboteerde arbeidsmiddelen raden wij aan om deze bijvoorbeeld 3 jaren te archiveren. Hiermee kan de keurmeester aantoonbaar te maken dat sabotage is onderkend en dat er meerdere malen actie is ondernomen naar de gebruikers.